door Daan Faber, van Mister Kitchen

Het mag scherper. Ik hoop dat er snel een sessie van IDOLS-deelnemers komt voor het opstellen van een helderder structuur. Een bijeenkomst waarin we de learnings opschrijven en waar iedereen mag spuien over dit ging goed en dit kan beter, kortom, wat wordt het A4’tje voor de volgende keer. Moeilijker moet je het ook niet maken.

Het idee achter IDOLS is goed. Het zorgen voor een grotere taartpunt voor de creatieve sector. Ik vind het een nobel en noodzakelijke streven dat je de creatieve sector niet in de creatieve hoek laat zitten en hun licht op complexe maatschappelijke vraagstukken laat schijnen. Dan krijg je gewoon andere ideeën. Veel vooruitstrevende medische uitvindingen komen vaak uit sectoren net daarbuiten. Dus in de wortels heel legitiem en goed dat hiervoor geld, tijd en mensen worden vrijgemaakt.

Of Project IDOLS in deze vorm de perfecte manier is, nee, dat weet ik niet.

Kijk, dit is leergeld. Ik heb het niet alleen over ons project, ook over andere, want ik heb tijdens die tussensessies met veel mensen gesproken. Maar ik denk dat het heel ambitieus was bij elk vraagstuk zoveel partijen te betrekken, en dan ook nog eens te verwachten dat die samen met een gestructureerd proces en gestructureerde oplossing zouden komen. Dit alles maakte het te wollig, heb ik ervaren.

Veel deelnemende partijen, dat zijn ook veel meningen, veel visies, veel verwachtingen, en ja, het is vooral die verwachtingen waar het om gaat en die waren hooggespannen. Dat heb ik ook steeds gezegd in de tussenfases, in de presentaties, dit creatieve proces is heel belangrijk, we hopen met een oplossing te komen, iets wat schaalbaar is, wat leven na IDOLS heeft, en ik denk ook dat dit ons voor een deel gelukt is, maar in de beperkte periode, met al die bordjes in de lucht, en al die partijen, moeten we ook blij zijn als we überhaupt tot iets komen. Het gaat om het scheppende proces, dat is het doel. Als iedereen onderweg aan zijn eigen doel blijft hangen, wordt dat proces geen creatief, maar een politiek proces en daar moet je natuurlijk ver weg van blijven.

Kapiteins
Die wolligheid had -in ons geval- ook met de betrokken partijen te maken. We hadden veel kapiteins, vooral aan de opdrachtgeverskant, en die waren toch wel op een ietwat opportune manier bij het project geplukt. Wil je mee doen? Wil je probleemeigenaar worden? Dat wil iedereen natuurlijk. Maar meedoen betekent vooral ook willen samenwerken en tijd willen vrijmaken. Wanneer mensen kwamen, werd er ook geknald. Maar de commitment om daar überhaupt te zijn, dan wel in te bellen en op tijd op dingen te reageren, dat is de kern waarom het af en toe stroef ging en botste.

Dat is eigen aan elke partij, eigen aan de mens zelfs, die kunnen soms moeilijk over hun eigen belang of liefde heenstappen. Dan moet je een sterke coach hebben, die een duidelijke pet draagt en een duidelijke opdracht heeft, die dat proces vlot trekt of daarvan de baas wordt, en nee, dat valt niet mee. Het lijkt me trouwens voor elke coach moeilijk tussen al die partijen te manoeuvreren en het roer in handen te hebben en houden. Ik weet ook niet of dat de rol is van de coach. Ik denk dat die gewoon de boel bij elkaar moet houden.

Het leergeld van IDOLS is volgens mij dan ook dat je direct al in de voorfase moet verduidelijken wat mensen moeten investeren. Niet alleen in tijd en geld, maar vooral in de koers die je met elkaar kiest. Daarna moet je al je eigen dingen, je ego en jouw belangen en ideeën, loslaten en gewoon op die koers doorrammen, want you can’t please all the people all the time. Om met iedereen rekening te blijven houden, werkte bij ons een beetje verstikkend.

Voorselectie
Ook denk ik dat je in het voortraject een strengere selectie nodig hebt. Of dat je dat op een andere manier moet doen. Het vage van IDOLS is tegelijk het leuke. Dat je zoals wij aan andere creatieve partijen wordt gekoppeld, terwijl verderop verschillende opdrachtgevers handen schudden en dat je even later samen een conglomeraat vormt. Dat heeft natuurlijk iets gemaakts. Toch moet je met elkaar een gezamenlijk vraagstuk formuleren, en daarbij heeft iedereen andere verwachtingen, hopen, visies en belangen. Vooral dat beginstuk vergde heel veel tijd en dat ging ten koste van de tijd die je kunt stoppen in creativiteit.

Daarom heb je, los van de coach, iemand nodig die dat beginvraagstuk eruit perst. Het gevaar daarvan is misschien dat jij je dan al snel beperkt. Maar mijn ervaring is, door beperkingen word je juist creatiever. Als je alles kan, gaat het zwabberen. We hadden onze meest vruchtbare fase toen er knopen waren doorgehakt, ego’s waren omgestoten en we gewoon dat creatieve proces zijn ingegaan, ja, zo werkt het, zo werkt het altijd natuurlijk, want dan kom je tot dingen die een kern en richting hebben. Maar die zoektocht daar naartoe, het managen van die zoektocht, heeft disproportioneel veel tijd en energie gekost, en ja, dat is ook een leerproces.

Vaagheid is mooi, daardoor kan alles. Maar ik heb dan toch als creatief behoefte aan kaders. Ik kan me dan ook voorstellen, hardop denkend, dat in het voortraject de vragen al voor een deel worden verzonnen. Creatieven kun je goed aansturen door ze een concrete vraag voor te leggen waar ze creatief over kunnen nadenken. Maar als ze ook nog creatief moeten zijn in het formuleren van diezelfde vraag. Dat zijn twee radartjes die soms elkaar niet versterken. Je moet eerst een creatieve vraag bedenken die je daarna creatief moet beantwoorden. Dat klinkt ook raar. Het inkaderen op een eerder moment van de probleemstelling maakt het proces misschien juist wel creatiever. Het vizier moet eerder op scherp staan.

Besliskracht
Er moet dus op een doeltreffender manier een vraag komen en daarna een duidelijker beslisstructuur. Een drijvende besliskracht die de motor laat gaan. Of dat de coach is? Voor wie is de coach? Behartigt die het belang van creatieven of de opdrachtgevers? Die wil iedereen toch te vriend houden? Daarom is het voor een coach moeilijk streng op te treden. Een coach is goed voor het verzorgen voor de motor, maar de motor zelf moet een directie of senaat zijn die bestaat uit de coach, en een vertegenwoordiger van de opdrachtgevers en opdrachtnemers. Samen komen die eens in de twee weken bij elkaar en dan moeten ze gewoon hakken. Keuzes maken. Dit gaan we doen. Kies al vroeg voor een duidelijke koers, zodat voor het creatieve traject meer tijd en energie overblijft.

Ik vond IDOLS een hobbelige weg, een leerzame weg. Maar ik denk dat die weg gestroomlijnder kan én moet als je dit nog een keer gaat doen.